Home - Inhoud - Column-12 - Column-14 - Archief - DB-serie-15 - redactie
DE COLUMN OP NIEUW-DENNENDAL.NL
WEEK 5
NO. 13

(30 jan.)

INTERACTIE:

Vanaf eind oktober zijn opgenomen de rubrieken DAGBOEK en COLUMN, via redactie te vullen door sitebezoekers. De site staat daarmee in principe open voor iedereen. Bij het ontbreken van bijdragen springt de redactie in. Graag ondertekening met naam en toenaam, en - naar keuze - e-mailadres en maatschappelijke identiteit. Ook een fotootje behoort tot de mogelijkheden. Een sleutelwoord of kopje is handig. Plaatsing van het dagboek gebeurt naar dag van ontvangst/lezing, voor de column is in principe de vrijdag gereserveerd. De plaatsing kan op zich laten wachten door technische problemen, afwezigheid van de muze, vakantie e.d. en andere omstandigheden

ONDERWERPEN:

De column- ruimte bij nieuw-dennendal.nl kan vrij worden gewijd aan ieder mogelijk onderwerp: van politiek tot cultuur tot psychologie tot spiritualiteit, tot integratie van dat alles. Verdieping en reflectie zouden mooi zijn. Ook boekbesprekingen zijn mogelijk. Zie verder hetgeen onder Dagboek wordt vermeld. Bijdragen met commerciële intenties worden niet opgenomen. Vanzelfsprekend blijft de redactie verantwoordelijk.
Er geldt in principe een maximum van 500 woorden, met een minimum van 350. Eventueel wordt over de vorm ge-emaild.


Dagboekinzendingen svp mailen onder 'dagboek', columns onder 'column'.


COLUMN:
'48 x HEYOKA: een Dennendalstory'
de titel was ontleend aan 'Lame Deer, Seeker of Visions: 'Het is erg simpel 'heyoka' worden; je droomt en de volgende morgen ben je 'heyoka'.'

HG begin '75
op de Albert Cuyp
In de introductie (2) tot de site (4de alinea) schreef ik: 'Eind '74 begon ik aan een soort sleutelroman, die om esoterische redenen - mijn toenmalige literaire goeroe Castaneda laat zijn alter ego Don Juan opmerken dat '48 ons getal is' - 48 hoofdstukken diende te tellen: '48 x Heyoka, een Dennendalstory'. Maar na een uitvoerige inleiding en twaalf korte hoofdstukjes realiseerde ik me dat ik met de traditionele middelen van de schrijver, pen en papier, niet ver zou komen. Hoe moest je de emotionaliteit, de 'andere werkelijkheid' van de beginjaren '70, de poëzie en de muziek weergeven?'
Die vraag blijft actueel. De opzet van site, dagboek en column was - en is - het 'vangen van die andere werkelijkheid', de fusie van hemel en aarde, het integreren van de bron, de poëzie. (Zoals Remco Campert - zie ook het dagboek van vandaag, 30-01, - het formuleerde: 'Als de kern van mijn schrijverschap zie ik de poëzie. Niet dat proza voor mij een hobby is, maar dat schrijf ik voor de lol, vrijuit. Met poëzie moet ik iets bewijzen.')
Dennendal en Nieuw-Dennendal gingen niet over proza; ze gingen en gaan over poëzie, het poëtische als boodschapper van het tijd- en ruimteloze.
En, om opnieuw Campert te citeren: 'Wat overblijft in zijn leven (hij heeft het over de hoofdpersoon van zijn nieuwe boek, maar dit slaat uiteraard ook op hem zelf - o.g.) is, denk ik, de wil om te schrijven.'
Schrijven, het zoeken naar bevlogenheid, naar emotie en vervoering, daar begon het mee, eind '74, en daar ging het om bij het schrijven van de introductie voor de site bijna vier jaar geleden, en nu bij het schrijven van deze column.
Ik was aan de 'roman' begonnen in Beesd, waar ik na Dennendal samen met Wil en Elly in een boerderijwoning in het dorp woonde, maar ik schreef het grootste gedeelte in een appartement op de Albert Cuyp, een van de drukste markten van Amsterdam, waar ik was ingetrokken bij mijn toenmalige - en huidige - vriendin.
Ik heb net nog even enkele hoofdstukjes van het verhaal zitten lezen. Veel materiaal ervan is verwerkt in de site, in de commentaren bij de tekeningen. Maar het allereerste begin van de inleiding, geschreven in mijn kleine kamertje in Beesd, eind '74, is nog ongepubliceerd.
---------------------------- '48 x Heyoka: Crazy Horse...':----------------------------------
Ik zit aan de uit paviljoen Donders meegenomen stichtingstafel en probeer greep te krijgen op het gebeurde. Ik voel me leeg, melancholisch-depressief en een beetje misselijk van te veel gerook. Van de als de Rocky Mountains gekerfde asbak die ik ooit van Gerrit kreeg op Sinterklaas stijgen vliegensvlugge rookseinen op langs de hoes van de net bij Boudisque (Utrecht) gekochte elpee van Steve Miller: 'Brave New World'. Hij rust tegen het vensterglas van het raam. De zon breekt door en in de gouden gloed zie ik even een beeld van mezelf in de ruit. Ik huiver en begrijp vokomen waarom Crazy Horse zich nooit wilde laten fotograferen.
Voor me ligt het eveneens op de laatste strooptocht in Utrecht aangeschafte werkje van Lillian Roxon, Rock Encyclopedia. L i l l i a n galoppeert in zwarte kapitalen over de prairie aan de voet van de Rocky Mountains. Ze doet me eraan denken dat Gerrit altijd 'lille' zei als hij meisjes bedoelde, voor hem een soort ijsjes.
Op een doosje lucifers rijst de pyramide van Luxor op uit het vlak van een rode woestijn. De zonbeschenen zijde draagt een vergeten wimpel met: veiligheidslucifers. Van de top van de piramide keken zoveel duizend jaar voor de gebeurtenissen in het begin van de jaren zeventig in Den Dolder de Egyptische sterrenwichelaars naar ons. 'Slaapwandelaars' zou iemand de Chaldeeërs noemen en sindsdien gaan ze slaapwandelend door onze straten. Ze wisten wanneer Dylan 'Times they are a-changin' zou schrijven en de Grateful Dead 'Wake of the flood' zouden uitbrengen. Van Dennendal wisten ze ook....


Hans Grimm
eind '74/30 januari 2004