HOME - INHOUD - TERUG - VOLGENDE
EEN MOOIE SNEEUWBAL: 9.5: De ballen ermee...

Vervreemding, blablablabla....
De wet, de heer Middelhuis en de interpretatie van de wet
In het voorjaar van '73 kwam een proces op gang dat moest resulteren in een ondernemingsraad voor de gehele WA-Stichting. Samen met Wybe Reitsma, collega- middelenmannen Elwee Iansen en Aat Hougé, alsmede ex-priester en staflid Jan Marcelis, was ik er voor Dennendal van het begin af aan bij betrokken. Er werd besloten dat Wybe en ik Dennendal zouden vertegenwoordigen. Na een eerste vergadering onder voorzitterschap van Veldkamp begon ik nattigheid te voelen en realiseerde me dat het vooral ging om centralisering in plaats van decentralisering van macht. Op de tweede vergadering onder voorzitterschap van Middelhuis werd een voorstel van tafel geveegd om eerst met de vorming van ondernemingsraden per hoofdafdeling te beginnen. Ik schreef naar aanleiding hiervan op 23-5-'73 een stuk genaamd 'De ballen met je ondernemingsraad', waarin ik erop wees dat ook wettelijk eerst per hoofdafdeling een raad gevormd behoorde te worden. In het vuur van mijn betoog, om een ultieme uitsmijter te lanceren, bedankte ik in de laatste alinea voor het lidmaatschap van de raad.
Het stuk zou door het Interim-bestuur worden behandeld. Secretaris Cras noteeerde dat 'de ondertoon' van een gesprek van Drechsel met Muller en Rehmeyer 'deed denken aan de cirkulaire van heer Grimm'. Verder werd opgemerkt dat het stuk 'mede wegens het taalgebruik de ergernis van het bestuur' had gewekt (Aantekeningen Interim-bestuur, 12/6-1973).
Dankers en Van der Linden constateren in hun boek dat Dennendal met mijn opstappen 'dus een mogelijkheid tot inspraak en overleg afsneed', maar dat is niet correct: ik bekleedde een soort duofunctie met Wybe en die nam op suggestie van Jan Marcelis mijn taak over.
In '74 zou blijken dat de WA-Raad meer aan de kant van het bestuur en de bestuursgetrouwe stafleden van Dennendal stond dan aan de kant van Nieuw Dennendal. Misschien kwam dat doordat ook op de andere hoofdafdelingen nooit afzondelijke ondernemingsraden tot stand kwamen, waardoor de WA-Raad niet écht de basis vertegenwoordigde.
Een afzonderlijke 'Dennendalraad' zou - onder andere doordat het conflict over de bestuursbenoeming het ontwikkelingsproces doorsneed - nooit tot stand komen.