AMSTERDAM, 2 febr. - Proloog
Zondag 4 februari vertrekken we vanaf Schiphol: opnieuw twee
maandjes India. Dit keer is het plan door Rajasthan en Gujarat te reizen,
met mogelijk de Ellora- en Ajanta-caves in Maharashtra. Maar eerst is er
New Delhi, een hotelletje bij de Main Bazaar, bezoeken aan de Chandni
Chowk, de Jama Masjid, Humayun's Tumb, de lucht opsnuiven en wat wennen
aan de temperatuur, de hectiek enzovoort. De digicamera gaat in ieder
geval opnieuw mee. We gaan op zoek naar 'levende spiritualiteit' en de
sporen daarvan uit het verleden, maar ook naar de nieuwe welvaart. India
stoomt op in de vaart der volkeren, wordt alom gemeld. Je zou er over de
miljonairs struikelen. Zijn er parallellen met de ontwikkelingen in China?
Maar we zijn sceptisch - en misschien optimistisch. Het Chinese model
lijkt voor India niet weggelegd, en dat is waarschijnlijk maar goed ook.
Van veraf gezien lijkt China te worden omgebouwd tot een groot Manhattan
en dat zou je India toch niet toewensen. Of toch wel? Ook is het plan
te informeren naar hoe wordt gedacht over 'onze' oorlog tegen het
internationale terrorisme. Ziet de Indiër het Westen als een bondgenoot of
als een neokoloniale supermacht die toch vooral uit is op het Zwarte Goud?
Dat soort vragen dus. Het ligt in de bedoeling wekelijks verslag te
doen op deze pagina's. Je hoort van ons. Hans
|
India Dagboek 2007 - 11 februari
(Pushkar-1)
We staan op Connaught Place, het centrum van New
Delhi en mogelijk van het nieuwe India. Mijn gezelschap weigert de
straat over te steken. Het heeft geen zin in het tarten van de stortvloed aan
autoriksja's, Ambassador-auto's, taxi's en motoren. Ik
gebaar nogmaals dat ze kunnen oversteken, maar geef het dan wijselijk op en loop snel naar de metro-ingang
in het park dat het hart van het cirkelvormige plein vormt. Vorig jaar
was de metroaanleg op Connaught Place nog volledig aan het oog onttrokken
door hoge borden, nu is het park weer zichtbaar en ik ben nieuwsgierig. Ik
hoop op een informatiebord, maar niets van
dat alles. Er leidt slechts een betonnen trap diep het metrosysteem in.
Om mijn gezelschap niet kwijt te raken keer ik snel terug, riskeer m'n
leven in het chaotische verkeer en wandel met mijn kompanen verder door de
galerij met chique winkels, Wimpy's, McDonalds en andere multinationals
die proberen in het nieuwe India hun slag te slaan. Er zijn praktisch
geen bedelaars. De mannen met zonnebrillen, schaakspelletjes,
krishnafluiten enzovoort lijken hun gebruikelijke agressieve stijl aan het
nieuwe India te hebben aangepast. Gisteren, in Old Delhi, was het wel anders. S., een 25-jarige
backpackster uit Nederland, vertelde dat ze bij de Jama Masjid-moskee was
belaagd door drie ongure types die haar praktisch hadden gedwongen om 5
dollar 'toeristenbelasting' en 250 Rupees voor het maken van foto's te
betalen. Ze had zich zo geintimideerd gevoeld dat ze had betaald, hoewel
ze van de Lonely Planet wist dat de toegang tot de moskee gratis is.
Old Delhi was zoals altijd: een overweldigende mierenhoop van
economische activiteit, met veel verpauperde mensen, vervallen huizen en
vastgelopen verkeer, een hectisch stukje van de mega urbane regio Delhi
(ongeveer 14 miljoen mensen). 's Nachts, in m'n bed in Hotel The Spot
in Pahar Ganj, kon ik de slaap niet vatten, mede door een generator op het
dak die om ongeveer 02.30 uur aansloeg. Ik sluimerde wat en kreeg een van
die inzichten die je wel in slapeloze nachten kunt krijgen - en die
meestal 's morgens de kritiek der rede niet kunnen weerstaan: Natuurlijk dat was het!
Het onbrekende stuk van de puzzel, dat nodig
is om de Oorlog tegen het Terrorisme en Osama bin Ladens Jihad in
perspectief te plaatsen. De aanval op de WTC-torens van 11/09 staat qua
historische betekenis op een lijn met de Franse Revolutie. Toen ging het
om een afrekening met het feodalisme, nu gaat het om een afrekening met
het kolonialisme. Het is gewoon de Derde Wereld tegenover de Eerste, de
Arabische (en Zuid-Aziatische, Afrikaanse, Latijns-Amerikaanse) massa's
tegenover het gulzige beest van het imperialistische Westen. Ik
draaide me vermoeid om, besloot dat de generator wel iets had van een
slaapverwekkende scheepsmotor, drukte de oropax aan en zakte eindelijk weg
in iets wat op slapen leek. De volgende ochtend bleek dat een markt op
het pleintje aan de Main Bazaar in Pahar Ganj door leger en politie was
gesloopt. De illegale trottoirbewoners en straatventers moesten ruim baan
maken voor het verkeer, voor het nieuwe India. Ze krijgen ieder een stukje
trottoir toegewezen, mits een vergunning kan worden verkregen. India stoomt op in de vaart der volkeren
en New Delhi en Mumbai bijten het spits af. Ondertussen
lijkt het grootste deel van het land in de 19de eeuw te zijn blijven
steken. In Pushkar, onze eerste bestemming na New Delhi, is er 's morgens
van 09.00 tot 11.00 uur, 's middags van 13.00 tot 17.00 uur en 's nachts
geen stroom.
deels ontruimde markt, Pahar Ganj |
heilige meer van Pushkar
|
Pushkar is een provincieplaatsje
in Rajasthan, vermaard als toeristische trekpleister en vanwege z'n
jaarlijkse kamelenmarkt. Het is de enige plaats in India die een tempel
heeft die gewijd is aan Brahma, mogelijk de hoogste van het trio Brahma,
Vishnu, Shiva. Economisch stelt het weinig voor.
De
regering in Delhi schrikt er niet voor terug de economisch zwakkere
regio's af te knijpen ten gunste van de powerhouses. Voor de Pushkari's en
de backpackers in de goedkopere hotels is het echter een crime dat ze zich
driekwart van de dag niet kunnen douchen. Uiteindelijk lopen de
temperaturen in de zomer op tot 40 of 50 graden Celsius. (Tot zover een eerste
impressie, tot mails, Hans.)
|