Jaisalmehr, 21 februari
Zondagavond voor 250 Rs (een kleine 5 euro)
gegeten in Pal Haveli, een dakrestaurant op het voormalige pand van een
Jodhpurse edelman. Bediening van tulband dragende Rajasthani. Op de
achtergrond het met schijnwerpers verlichte Meherangar-fort, een
imponerend middeleeuws complex van enorme
dimensie. Boven alles een
indrukwekkende sterrenhemel, met aan de skyline sporadisch vuurwerk:
romantiek uit de reisfolder. De gedachte dat we een weekloon van Om
Prakash, de bediende van het Sunset Hotel in Pushkar, zaten te verteren,
bedierf de smaak niet echt. Het diner, ietsje duurder dan gemiddeld, was
voortreffelijk. Het bestaan van een neokoloniale toerist in
backpackstijl heeft z'n charmes. Zoals ik tijdens een eerder bezoek aan
India al van een welgestelde Indier mocht vernemen: als je geld hebt is
het in India goed vertoeven.
Ik zocht de afgelopen weken naarstig
naar tekenen van de Oorlog tegen het Terrorisme, die me in Nederland zo
bezighield, maar kon tot dusver weinig vinden. De India Times van zaterdag
had een persbureaubericht van zo'n vijfhonderd woorden dat was gewijd aan
de voorbereidingen voor een lenteoffensief van de Taliban. De
Rajasthani, Pushkari en Jodhpuri die we ontmoetten lagen er ogenschijnlijk
niet wakker van. Daarbij speelde een rol dat onze contacten voornamelijk
bestaan uit riksjarijders, horecapersoneel en straatventers, en dat geen
van die categorieen zich logischerwijze erg interesseert voor een gesprek
over de zegeningen van het Washingtonse, Londense of Haagse
beschavingsoffensief in Irak en Afghanistan. Ze hebben wel wat anders
aan hun hoofd. In Pushkar viel alleen in de betere hotels een Engelstalige
krant te bemachtigen. De kiosken hadden er wel trendy boeken en cd's, maar
geen Engelstalige periodieken. Vanochtend, in Jaisalmehr, was er wel
een kiosk met een Hindustan Times, van dinsdag. De verkoper deelde me op
mijn vraag naar een krant van vandaag, woensdag, mee dat de krant er in
Jaisalmehr altijd een dag later is. De krant kopte met een bericht
over een aanslag op een trein bij Panjapati,zo'n 80 kilometer van Delhi,
van zondagavond, toen wij in Jodhpur op het dakterras zaten te schransen:
65 doden en veel gewonden. Het betrof kennelijk een aanslag tegen het
Indiaas-Pakistaanse vredesproces. Een textielhandelaar antwoordde op mijn
vraag dat hij enkele uren na de aanslag op de hoogte was via de televisie.
Hij was een intellectueel, die een door hem geschreven boek over
Jaisalmehrse folklore aan ons probeerde te slijten. Hij stelde het
internationale terrorisme en Al Qaida verantwoordelijk, maar was verder
duidelijk vooral geinteresseerd in kameelornamenten en zijn museum, zodat
ik er maar vanaf zag kritische vragen te stellen. Wij vernamen het
nieuws van de aanslag dus pas woensdagmorgen, ruim 48 uur later. Als
toerist verkeer je in een toeristenenclave, die aardig vervreemd is van de
realiteit. Je moet moeite doen wil je daarmee contact houden. Een
hotelkamer met een televisie is een luxe waarvan we bij voorkeur afzien.
De Rupees die daarmee bespaard worden gaan naar bedelaars en andere
behoeftigen. En behoeftigen zijn er nog genoeg in India.
busstation
Pushkar |
theeshop
Jaisalmehr | De busrit van Pushkar naar Jodhpur ging
voornamelijk door woestijngebied met troosteloze, lelijke lintbebouwing en
abjecte armoede: het vrolijke bonte Rajasthan van de toeristenfolders was
er ver te zoeken. Overigens geldt voor veel Indiers, althans in de
toeristenindustrie, dat ze opvallend, met dynamiek en soms fanatisme, hun
best doen een paar centen te verdienen. Het meest deerniswekkende
beeld dat ik tot dusver zag was dan ook misschien wel een groepje oudere
toeristen dat op het busstation van Pushkar werd rondgeleid in wagentjes
die waren gespannen achter kamelen. De meesten waren ongezond
corpulent en bijna allen oogden vervreemd en bangelijk. Een man had
een tulband opgezet, maar ook hij kon de associatie met een misplaatste
carnavalsoptocht of Fellini-film niet wegnemen.
Tot mails,
Hans
|
Jaisalmehr, 25 februari (Ontmoetingen - 1)
Michael en Denise hebben een bed &
breakfast in Ierland. Hij, een goede
zestiger, en zij, rond de 60, hadden we al ontmoet in Jodhpur, in het
Meherangar-fort. Ze zakten vermoeid weg in de dikke kussens van de
"lounge" die onderdeel vormt van de audiotour door het eeuwenoude
Moghul-paleis. De "lounge" , ik dacht eerst stomweg dat het om
een lunchplek ging, bleek een relaxruimte te zijn waar westerse toeristen
konden bijkomen van alle informatie die via de koptelefoons over ze werd
uitgestort. De ruimte was niet toegankelijk voor Indiase toeristen,
die maar een fractie hoeven te betalen van de som die hun westerse
lotgenoten moeten betalen voor de toegang tot het fort. Verschil moet er
kennelijk zijn. Op mijn opmerking dat we de Britten dankbaar mogen
wezen voor hun koloniale erfgoed in India, gezien de geriefelijke
fauteuils, begon Denise over een protocol over Britse
mensenrechtenschendingen dat bij de onafhankelijkheidsoverdracht in 1947
expliciet was verdonkeremaand, zodat de Indiers hun voormalige koloniale
bezetters naderhand niet zouden kunnen vervolgen. Ze waren duidelijk
van het goede slag, Michael en Denise van ballardfarmholidays.com, de
website-url die we tijdens onze tweede ontmoeting, in Jaisalmehr, van hen
in handen kregen gedrukt. ( John was kennelijk in de hitte volledig de
kluts kwijt en confronteerde ons midden op een pleintje in het Fort van
Jaisalmehr met de verbijsterende vraag: Waar is het fort? ) We
ontmoetten ze gisteravond voor de derde maal, in restaurant Little Italy,
gevestigd in de poort van het Fort. Ze hadden net een camelsafari
gedaan en waren uitgelaten. Misschien lag dat ook wel aan de vijf flessen
whiskey die ze uit Ierland naar Rajasthan hadden meegesmokkeld, zoals
Denise ons toevertrouwde. "Het deed trouwens wel zeer aan je achterste",
voegde ze hieraan toe. "Vrouwen schijnen er meer last van te hebben dan
mannen." We bespraken onze aanstaande tocht in een sleeperbus naar
Udaipur, een hellevaart van 15 uur, in een tweepersoonscompartiment boven
in de bus. Denise waarschuwde voor ,"robbers" en vestigde de aandacht op
de mogelijkheid een club van sleeperbus-wippers op te richten, in
navolging van het genootschap dat er prat op gaat tijdens
vliegtuigvluchten te hebben gevreeen.
Ontmoetingen (2) Sippend aan
de chai (thee) voor de German Bakery, op een pleintje buiten het fort
Jaisalmehr, werden we aangesproken door twee fit ogende
Nederlanders. Ze, beiden
ex-vrachtwagenchauffeur, zijn bezig aan een fietstocht rond de wereld en
Wim, zoals hij bleek te heten, produceerde een kaartje met de URL
www.wimenpeetzerereet.nl . De site had al 16.000 bezoekers, zei hij
tevreden. Ze waren ongeveer een halfjaar geleden vertrokken en hadden
al fietsend West-Europa, Turkije, Iran, Pakistan en een stuk van India
gedaan. In India hadden ze eieren voor hun geld gekozen en de fiets
ingeruild voor een Enfield-motor: het bleek te riskant het onmogelijke
Indiase verkeer te tarten. Maar ze waren van plan, na een bezoek aan Goa,
in Delhi te fietstocht voort te zetten met een rit naar hun goede doel:
een weeshuis bij Kathmandu. Vervolgens stonden Indochina, China,
Australie, Alaska, de VS enzovoort op het programma. Kabul hadden ze
ook even aangedaan, vanuit Peshawar. Maar ook in Peshawar hadden ze de
fiets moeten laten staan, omdat fietsen door de Khyberpass nog niet kon.
Het werd een busrit in een escorte van zwaarbewapende strijders. Kabul
ligt helemaal in puin, bevestigden ze. En ISAF is er alomtegenwoordig.
Wim had het uitstapje naar Kabul pas aan z'n moeder gemeld na afloop van
de terugkeer in Peshawar. Op de vraag of het hangertje rond zijn nek de
kaart van India voorstelde, antwoordde Wim dat het een speldje was van de
vrachtwagenfabriek Scania. Verder was ie al elf kilo afgevallen maar
zag er uit als Hollands welvaren zelve. Ook Peet (Petra?) mocht er
trouwens wezen: crazy Nederlanders op de fiets voor wie Nederland voor
altijd te klein zal zijn.
Groet Hans
|